LEDE

Lede vormde samen met Aalst, Haaltert en Erpe-Mere de kopgroep voor UiTPAS. In een regioverband gingen de vier lokale besturen in 2012 van start met de pas. Zes jaar later blikken bestuurssecretaris Renske De Bremme en bibliothecaris Raf Ermens terug. “Vroeger werkte elke dienst hier wat op z’n eiland. Door UiTPAS overleggen we regelmatiger. In de toekomst willen we dit nog sterker structureren.”

Ze hebben de voorbije jaren veel geleerd, erkent het duo. We zitten samen in het gemeentehuis van Lede, waar het onthaal ook functioneert als UiTbalie. Het is een komen en gaan van mensen.

“Door UiTPAS zijn we binnen de gemeente meer afspraken beginnen maken. Over het budget bijvoorbeeld. In de beginperiode beschikte iedere dienst over een klein budget voor een omruilvoordeel. Om de beurt stond een dienst dan in voor een voordeel. Maar eigenlijk hebben we ons daarmee vastgereden. Dan was er budget tekort bij de een, dan was er nog over bij de ander. Nu werken we meer samen vanuit één budget, dat is handiger. We organiseren bijvoorbeeld Camping Cultuur. Dat is een samenwerking de bib, de jeugd- en de cultuurdienst. Vroeger moesten we daar budget voor bijeenleggen. Nu vertrekken we vanuit gezamenlijke middelen.” Renske wordt regelmatig uitgenodigd op het overleg van de vrijetijdsdiensten. “Dat zouden we nog meer gestructureerd moeten aanpakken. Het loopt goed, maar nog iets teveel ad hoc en gebaseerd op vrije wil en goesting van de medewerkers.”

Ook over de aard van de omruilvoordelen hebben ze lessen getrokken. “We zoeken nu naar een inhoudelijke meerwaarde. Het gaat in essentie om aanmoedigen van participatie”, zegt Renske. “Ik ben geen fan van gadgets”, vult Raf aan. “En ik niet van dure cadeaus”, lacht Renske. Ze geven aan dat er nu veel meer samen wordt nagedacht over wat precies een omruilvoordeel kan zijn. “Dan kijken we in groep naar wat de activiteit is, wie daar op afkomt. En wat dan een gepast voordeel zou kunnen zijn.”

Acties maken UiTPAS in Lede groot

Via acties groeide UiTPAS in Lede gigantisch. De gemeente telt 18.000 inwoners waarbij bijna 3.000 mensen een pas hebben. Hierbij zijn er 570 pashouders met een kansentarief. “We organiseren onze Camping Cultuur. Daar zijn we evident aanwezig, net zoals op onze fietstocht van VLIEG en andere grote evenementen. Dan lenen we ook even de bakfiets van Aalst om promo te maken voor UiTPAS. Maar de meeste passen verkopen we op onze vrijetijdsbeurs. Dat is altijd een succes.” Lede maakt ook afspraken met scholen. “Zo is er een afspraak hier met de school waarbij eerstejaars een pas krijgen. De school betaalt 1,5 euro en wij leggen 0,5 euro bij. Zo krijgen we er elk jaar 200 pashouders bij.”

Renske De Bremme neemt ook deel aan de werkgroep van Regio Dender. “Ik ben lid van de subwerkgroep beleid waar we bijvoorbeeld afspraken maken over tarieven en verdelingsmechanismen. Daarnaast trek ik me ook mee de communicatie aan. Zo heb ik recent een folder helpen maken, t-shirts laten drukken. We hebben zelfs partytentjes nu.” Dit is werk dat ze er graag bij neemt, hoewel de nood aan verdere structurering op regioniveau voor haar wel hoog is. “We zouden moeten kunnen evolueren naar een projectvereniging.”

Feedback van ervaringsdeskundigen

Het contact met ervaringsdeskundigen in armoede zorgt ervoor dat UiTPAS in Lede regelmatig wordt bijgestuurd. Het zit soms in kleine dingen. “Een probleem is bijvoorbeeld dat het einduur van een voorstelling niet altijd wordt gecommuniceerd. Als je afhankelijk bent van openbaar vervoer is dat belangrijk om je terugreis te kunnen plannen. Of het kan gaan om de prijsaanduiding. Vroeger werd bij een voorstelling aangeduid dat die in het UiTPAS aanbod zit. Maar daarmee wist je je korting niet. Nu zeggen we gewoon wat het exacte bedrag is om de voorstelling bij te wonen.”

“De feedback van mensen in armoede helpt in ons in de communicatie. Maar tegelijk hangt veel af van OCMW’s, verenigingen waar armen het woord nemen en Welzijnsschakels. Als die er zijn in je gemeente en ze zijn actief, dan scheelt dat. Goede communicatie met het OCMW is voor ons als gemeentelijke dienst alvast cruciaal.”

“We zouden in de toekomst nog meer mensen met het kansenstatuut moeten kunnen bereiken”, zegt Raf. “Wij zijn ook heel actief met sport”, zegt Renske, “Via de sportclubs kunnen we veel bereiken. Mijn hoop voor de toekomst is dat we de verenigingen kunnen blijven betrekken, dat ze niet afhaken. En dat de verenigingen goede omruilvoordelen leren ontwikkelen.”